Financieringsbeleid
In 2020 wordt rekening gehouden met een (her)financieringsbehoefte van circa € 26 miljoen. Dit bedrag heeft grotendeels betrekking op de herfinanciering van bestaande leningen.
De huidige rentestanden en de renteverwachting zorgen ervoor, dat het zowel aantrekkelijk is om deze financieringsbehoefte met kortlopende geldleningen als met langlopende geldleningen in te vullen. Binnen de grenzen van de kasgeldlimiet zal daarom zo veel mogelijk kort vreemd vermogen worden aangetrokken. Voor het resterende bedrag zullen langlopende geldleningen worden opgenomen.
Het aantrekken van nieuwe geldleningen in combinatie met de aflossing van bestaande leningen zorgt ervoor dat de leningenportefeuille in 2020 naar verwachting met circa € 9 miljoen toeneemt, tot een totaalbedrag van circa € 134 miljoen. De meerjarige ontwikkeling van de leningenportefeuille is in de onderstaande grafiek weergegeven. De toename in 2020 en 2021 wordt met name veroorzaakt door de investeringen in het project Gebiedsontwikkeling Oostelijke Langstraat (GOL) en het Integrale Huisvestingplan Onderwijs (IHP). Daarnaast vinden er in deze jaren nog diverse andere investeringen plaats, bijvoorbeeld op het gebied van sport, duurzaamheid en wegen. De afname van de portefeuille in 2022 wordt veroorzaakt doordat enerzijds de uitgaven met betrekking tot investeringen en bouwgrondexploitatie dalen en anderzijds de inkomsten vanuit de bouwgrondexploitatie stijgen. Dit zorgt ervoor dat bestaande aflopende leningen niet hergefinancierd hoeven te worden en dat de totale leningenportefeuille afneemt.
De gemiddelde rente die voor langlopende geldleningen wordt betaald is per 01-01-2020 naar verwachting 1,36%. Door de mutaties die de vaste leningenportefeuille in 2020 zal ondergaan zal de gemiddelde rente naar verwachting licht dalen.
Aan de boekwaarde van investeringen wordt rente toegerekend via een rekenrente. Het verschil tussen de toegerekende rente aan investeringen en de werkelijk betaalde rente is het renteresultaat. Het renteresultaat wordt voor 2020 geraamd op circa € 1.000.000. Het renteresultaat staat opgenomen op het taakveld treasury. Het schema van de rentetoerekening ziet er als volgt uit:
Schema rentetoerekening begroting 2020 | |||||
a. | De externe rentelasten over de korte en lange financiering | € 1.712.646 | |||
b. | De externe rentebaten (idem) | -/- | € 198.224 | ||
Saldo rentelasten en rentebaten | € 1.514.422 | ||||
c. | De rente die aan de grondexploitatie moet | ||||
worden doorberekend | -/- | € 1.092.620 | |||
De rente van projectfinanciering die aan | |||||
het betreffende taakveld moet worden | |||||
toegerekend (voorbeeld: riolering) | -/- | € 0 | |||
-/- | € 1.092.620 | ||||
Aan taakvelden toe te rekenen externe rente | € 421.802 | ||||
d1. | Rente over eigen vermogen | € 0 | |||
d2. | Rente over voorzieningen | € 0 | |||
Totaal geraamde aan taakvelden toe te rekenen rente | € 421.802 | ||||
e. | De aan taakvelden toe te rekenen rente (renteomslag) | -/- | € 1.425.714 | ||
f. | Verwacht renteresultaat op het taakveld treasury | € 1.003.912 |